Multatuli Encyclopedie
(1995)–K. ter Laan– Auteursrechtelijk beschermdOnsterfelijkheid,de voorstelling dat de enkeling nà zijn dood blijft leven, hetzij in zijn totaliteit, hetzij in een onstoffelijk deel: de ziel. Het christendom leert enerzijds de opneming van de gestorvene in hemel, vagevuur of hel, anderzijds de opwekking uit de dood bij het Laatste Oordeel. Andere levensbeschouwingen verwachten een voortleven in hetzij een andere gedaante, hetzij op een andere ster (zielsverhuizing, palingenesie); daaraan ligt de gedachte ten grondslag dat de mens onvolmaakt is, maar de gelegenheid moet krijgen volmaakt te worden. m. wijst al deze voorstellingen af. Het verlangen naar onsterfelijkheid komt hem kinderachtig voor (aantekening bij Idee 17, vw ii, p. 669). Onsterfelijkheid zonder eeuwigheid noemt hij in Idee 157 ‘'n koord met één eind’ (vw ii, p. 383) en de lichamelijke onsterfelijkheid beschouwt hij als een sage die geen goed heeft gedaan aan de vooruitgang van onze kennis (Idee 148, vw ii, p. 380). De individu is niet onsterfelijk, de mensheid wèl, merkt hij in Idee 150 op (vw ii, p. 381). *Pythagoras |
|