Kadi, het oosterse sprookje van den-,
In Idee 1052 schrijft m.:
‘Ieder kent het oosterse sprookje van den Kadi die de duizend Sechinen waarmee 'n misdadiger hem had willen omkopen, als zovele getuigen tegen den beschuldigde te voorschyn haalde. Zo behoorde Petrus ook te doen, by 't keuren der aanspraken van hemelcandidaten. En de verhouding is nog niet eens gelyk. Die oosterse misdadiger gáf iets, hy toonde metterdaad bereid te zyn tot het derven der waarde van z'n geschenk. Wat wordt er geofferd door vrome testateurs! Bestellen ze niet hún zaligheid ten koste van de erfgenamen?’ (vw vi, p. 479)