Douwes Dekker, Catharina-,
30 september 1809-10 december 1849, geb. te Hollum (Ameland), oudste zuster van Eduard. Zij trouwde op 20 juli 1832 met de scheepsgezagvoerder Cornelis (Swart) Abrahamsz (1802-1879). Zij kregen vier kinderen: Catharina (1835-1876), Anna (1837-1908), Sietske (1842-1912), en Theodoor (1848-1912). In zijn brief aan Tine van 5-8 november 1845 waarin dd. zijn familie beschrijft, noteert hij over haar onder meer:
‘Ik kan u niets dan goeds van haar zeggen. Zij is geheel niet voor de wereld opgevoed maar zeer huishoudelijk. Gedurende de ongesteldheden mijner Moeder, zorgde zij trouw voor ons, jongere broers, ik hield altijd veel van haar, maar eigenlijk meer als moeder want tien jaar verschil is veel bij kinderen. Zij heette Catharina;- uit overmaat van bourgeoisie noemde men haar Kaatje, een naam waaraan ik altijd een verschrikkelijken hekel had en zij zelve ook.’ (vw viii, p. 534-535)
Toen dd. met verlof naar Nederland kwam, was zij overleden en was haar man inmiddels hertrouwd.