Bloempotje,
In de Minnebrieven schrijft Fancy m. over haar brave ouders dat haar vader geen preek van ds. Meyboom overslaat, stipt zijn rekeningen betaalt en dat haar moeder ‘kerks en fatsoenlyk’ is. Maar Fancy mist gezelligheid en warmte: een bloempotje zou het huis opfleuren (vw ii, p. 56).
In Idee 1040 komt m. terug op dit bloempotje. Hij brengt verslag uit van een gesprek met een ‘mooi-vinder van den Havelaar’, die de Minnebrieven echter afkeurde omdat het hem onduidelijk was wat m. bedoeld had met het bloempotje (vw vi, p. 356-358).