dat hij zelf om mijn werk vroeg. Toen stuurde ik hem 't hier ingesloten kontraktje met den brief die er op volgt en daarop kreeg ik ten antwoord zijn tweeden brief, welken ik weer beantwoordde met dezen telegram, dato 1 Februari.
Heden ontving ik de beide kontrakten ongeteekend terug en nu heb ik hem het volgende geschreven: (zie pag. 84.)
En nu heb ik fr. 400 aan Papa gegeven voor die schulden - 50 boeken à fl. 3 't stuk, en dan nog 't Vaderland en eenige andere boeken.
Toen ik in den Haag was, vroeg Nijhoff mij of ik zijn fl. 600 niet noodig had voor mijn reis naar Italië. Natuurlijk antwoordde ik ‘Neen, want ik heb zóó veel geld verdiend met mijn lezingen, dat ik met mijn fortuin geen weg weet, en er hier en daar wat van achter laat, omdat ik alles niet altijd mee kan sleepen.’
Over die groote phrase heeft hij eens ongeloovig gelachen, en nu, op 't punt van te vertrekken, laat hij mij een bankroet van fl. 600 lijden, dat ik vertrekkend onderga, met de colossale repliek dat hij er nog fl. 150 bij kan krijgen! Wat zal de club weer spinnen! O die ellendige uitgevers! De schrijvers moesten grève maken, en een eigen drukkerij oprichten, maar daarvoor is de auteurswereld weer te kleingeestig en te jaloursch!
.........................
Mina Krüseman.