Huiselijke poëzie(1999)–Ellen Krol– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Katharina Wilhelmina Bilderdijk Mijn Irene Lieve Irene! teder bloempje van des werelds woeste grond, dat Gods almacht uit dit dal bracht waar het zo te kwijnen stond! Prijkte gij te groots voor de aarde, in dat blinkend engelenschoon? Moest gij bloeien, moest gij groeien in de stralen van Gods troon? [pagina 148] [p. 148] O wie zag niet in de schittring van dat glanzend aangezicht, dat zij 't leven op zou geven voor een veel volmaakter licht! Met geen woordje heeft haar mondje ooit het ouderhart gevleid. O hoe lachte 't, als verachtte 't al des levens nietigheid! Zeg mij wie er onder duizend een zo minlijk wichtje zag, als zij strelend, als zij spelend in haar moeders armen lag? Zeg mij wie er onder duizend zoveel tranen ooit vergoot, als ik wene sinds Irene haar aanminnige oogjes sloot! Neen, ik zal u nooit vergeten, lieve, dierbre huwlijksspruit, en mijn ogen nooit weer drogen tot het graf mijn stof besluit. Hemel, wil mijn smart niet wraken! Ik aanbid uw wijs bestuur, [pagina 149] [p. 149] laat mij schreien en verbeien 't zaligend vereningsuur! Vorige Volgende