Les 20 Woordjes van vroeger
Bies vertelt oma Lydia over de quiz. Oma zegt dat hij knap is. Oma maakt een puzzel. ‘Kan je me dan helpen met dit?’, vraagt ze. ‘Een ander woord voor nu. Het heeft vijf letters.’ Bies denkt diep na. Hij weet het niet.
Oma geeft het antwoord. Het is thans. Je hoort dit woord niet veel meer.
Vroeger werd het meer gebruikt.
Oma weet veel van de taal van vroeger. Ze praat over woorden met een apostrof en een s vooraan. 's Avonds is een mooi voorbeeld is.
Bies kent 's morgens en 's middags. ‘De zon komt 's morgens op 's middags gaat hij onder’, zegt hij. Oma vertelt dat men vroeger des avonds zei. Nu zegt men de eerste twee letters niet meer. De apostrof herinnert nog aan de letters die er niet meer staan. Theo komt erbij.
Hij zegt: ‘'s Zondags gaat oma naar de kerk.’
Oma kent meer woordjes die je niet meer zo vaak hoort. Soms, als je echt deftig wil praten, klinken die woorden juist mooi. In plaats van vandaag, kan je heden zeggen. Oma trekt een plechtig gezicht.
Ze zegt: ‘Heden kronen wij Bies Nandoe tot de koning van het woord.’
Bies roept: ‘Ik ken dat woord.’ Het is in dat lied dat we zongen voor juf, toen ze jarig was. Hij zingt: ‘O, wat zijn wij heden blij.
Juffrouw is jarig, juffrouw is jarig. O, wat zijn wij heden blij.
Juf Trix die is jarig en dat vieren wij.’