Na tien jaar
Dit boek was bedoeld als een zakenroman. Ik wilde in een brede vertelling demonstreren dat een zaak het karakter van de eigenaar bepaalt en niet de eigenaar het karakter van de zaak. De boekhandel ‘Zwanen’, in de negentiende eeuw begonnen en tot op heden voortgezet, zou de hoofdpersoon zijn van deze lange, schertsende roman.
Maar terwijl ik het zelfstandige, eisen stellende leven van bedrijven wilde bewijzen, ervoer ik dat verhalen een zelfstandig, eisen stellend leven bezitten. Niet zonder een zeker heimwee naar die aardige boekhandel, liet ik mij boeien door het zoontje van ‘Zwanens’ laatste eigenaar en begon ik te vertellen hoe het deze knaap omstreeks zijn zeventiende jaar verging.
Toen het boek al verschenen was, begreep ik dat een zekere koppigheid mij duur te staan was gekomen. Van de oorspronkelijke opzet was niets over gebleven. Maar inplaats van mij geheel over te geven aan die twee moeilijke jongens, zoals het verhaal wilde, was ik toch met verkeerde hardnekkigheid mij blijven verdiepen in de geestesgesteldheid van boekhandelaars, boekhandelaars-vrouwen en boekhandelaars-schuldeisers. Hun portretten, in realistische trant vervaardigd, hingen aanstootgevend in alle kamers waar de jongens naar het echte geluk zochten. Ik ben blij dat ik die slechte schilderijen van hun haakjes heb kunnen nemen, al veronderstel ik dat een bezoeker wel hier en daar tot zijn verdriet witte plekken zal treffen op het behang.
Ik hoop dat het boek door deze bewerking beter is geworden. Ik hoop ook dat men het niet langer zal be-