In de Trov-Ringh worden vertellingen, die in dichtvorm gesteld zijn, van commentaar voorzien in een aansluitend gesprek tussen de jonge, ongetrouwde Philogamus en de oude, wijze Sophroniscus. Onderstaande teksten stellen in het kader van het trouwen op te jonge leeftijd het probleem van de ‘nestelknoop’ aan de orde. ‘Nestelknoop’ betekent letterlijk het vastknopen van de broekveter van de man. Dat houdt in dat de man impotent kan worden bij zijn eigen vrouw. Als voorbeeld geeft Cats de geschiedenis van Martin Guerre die, te jong getrouwd, geen kind bij zijn vrouw kon verwekken tot hij van de nestelknoop werd genezen. Hoewel Sophroniscus toegeeft, dat het verhaal wat onwaarschijnlijk lijkt, gunt hij het toch het voordeel van de twijfel.
1[regelnummer]
Eer dat de jeught begon, en voor de rechte jaren,
Soo gingen onder een twee jonge lieden paren;
Doch kinders inder daet. Het is een wisse saeck,
Het ooft te vroegh gepluckt, dat heeft een wrangen smaeck.
5[regelnummer]
Geen van de twee en weet den gront van echte wetten,
En daerom niet bequaem op haer beroep te letten.
Bertrande was een roos die noch geen knop ontsluyt;
Want eerse Vrijster was soo is het kint de Bruyt.
Sy was van al de jeught in hare stadt gepresen,
10[regelnummer]
Vermidts haer schoone verw, en haar bevallick wesen.
Een Vrijer daer ontrent die biet haer echte trou,
En, ick en weet niet hoe, sy wert een echte vrou.
Sy leven onder een tot acht of negen jaren,
En noch en scheen de vrou geen kint te sullen baren,
15[regelnummer]
Sy draeght of twijffelt niet, sy bleef gelijckse was,
Tot dat men aen den man den nestel-knoop genas.
Doen heeft terstont de vrou een jongen Soon gekregen,
Die nam de Vader aen, gelijck een hoogen segen.
19Soph. Op een tijdt, goede Philogame, als ick in mijn jonckheydt in 20 Vranckrijck was, soo ghebeurdet schier soo haest ick daer aen-ghekomen 21 was, dat seker jongh paer volcx, inde ghebuerte daer ick my doen onthiel, 22 des nachts sigh liet bevestigē inde trouwe: en alsoo ick vraeghde 23 waerom sulcx by nachte en niet by dage en geschiede, wert my tot 24 antwoorde gegeven, dat het selve soo wert goet gevonden, om te ontgaen 25 het knoopen van den nestel, daer mede dese jonge lieden werden gheseyt 26 gedreyght te zijn; dewijle veel menschen van gevoelen zijn, dat voor der 27 Sonnen op-gangh dese spokerijen geen kracht en souden hebben: ofte 28 immers, datter des nachts niemandt (als de naeste vrienden) kennisse 29 van het trouwen en is hebbende. En alsoo ick vorder vraeghde wat dit was, 30 en hoe het in 't werck gestelt wert, is my vorder verhaelt van de ghene 31 die het schenen wel sekerlijck te weten, dat onder het trouwen, en als 32 de Priester aen de jonghe lieden de handen doet voeghen, yemant tusschen 33 beyden eenighe spoock-woorden mommelt, ende daer op een knoop inde nestel