Strijden ga ik(1969)–Anton de Kom– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 26] [p. 26] Brand op de Plantage Omhoog gaat de brute zweep En valt neer op zijn naaktheid Sta op en ga naar het veld. Harde ijzeren mokerslagen vallen op hem, bij tien- en tientallen.... Gisteren bezweek zijn vrouw, de zwarte meid. Ik heb pijn, o meester o zoo'n pijn. Sta op, gij, gij lui zwart zwijn. Toch ga ik niet naar 't land, Al sla je mij, een zwakkeling, in stukken Met je striemende karwats, 't zal jou niet gelukken. Al had je tien zwepen in je hand Nooit meer zal ik voor jou bukken. Sta op en ga naar den akker. Ik, als een paard het rad draaien, Voor jou korrels rijst zaaien en maaien? Neen, al bleef je molen eeuwig staan! Nooit, nooit sla me maar dood Ik verzet voor jou geen poot. Zie, in de verte brandt je katoen Sla toe met je zweep, sla toe Slavenwerk (kijk, heerlijk zooiets te doen) Dollarsverlies, valt je nu ten deel. Mais, koffie, cacao, tabak verbrandt Geesel mijn ziel maar uit het lichaam Wat - je doet het niet! Wil je me niet trappen en schoppen Zijn het mijn eigen oogen die het zien? Toen de slaaf opstond Lag de bruut dood. Met geld draait de hartmachine niet, O meester! Vorige Volgende