Kort onderwys, hoedanig men de couranten best lezen en gebruiken kan
(1758)–Johann Hermann Knoop– Auteursrechtvrij§. 9.Hierby staat wyders aantemerken, (§. 3. No. 6.), dat men by het lezen der Couranten wyslyk redeneren, en niet partydisch of eenzydig oordee- | |
[pagina 14]
| |
len moet van allerley zaken; want dit belet in der daat, om een gezond oordeel daar over te vellen. Behalven dat, moet men niet al te begeerig of nieuwsgierig wezen naar Staats-, Regerings- en andere Geheime Zaken, namelyk, om alles daar van op naukeurigste te willen weten: Te vergeefs zoude men die ook in de Couranten zoeken; vermits een Courant-Schryver ook wel weet, dat het aan niemand geoorlooft is om zig met diergelyke Geheime Staats-zaken te bemoejen, dan aan die geene die het Schip der Regering bestieren, waar toe veelerley Menschen van hoger en lager staat nodig zyn, even gelyk als op een groot Schip in Zee; veel minder is het gepermitteert, om bezondere Staats-zaken en Geheimen te divulgeeren of te verspreiden, inzonderheid buiten lands. De Regering komt de Hoge Regenten en Overheden toe, en andere particuliere Ingezetenen behoren in gerustheid daar onder te schuilen, en, elk in zyn bedryf, in alle stilte hunne Bezigheden te verrigten, onder het goede Vertrouwen, dat hunne Overheden voor hun waken, hun beschermen, en alle Wereldze Gevaren en Ongemakken, zo veel 't doenlyk is, onder de Bystand van den Albestierder, afwenden zullen. Men moet derhalven in de Couranten, aangaande 't nieuws, niet anders zoeken en verwagten als zodanige Dingen of Gebeurtenissen die onverschillig zyn, of die elk een wel weten mag; en hier over is het dan ook geoorlooft in de Byeenkomsten te redeneren, yder naar zyne Bevatting of Verstand, vermits de Wereld tog zodanig bestaat, dat meeste Menschen gaarne vreemde zaken weten en daarover oordeelen willen. Dog hier by heb ik den onkundigen Redeneerder nog dit aan te recom- | |
[pagina 15]
| |
mendeeren, dat hy zig wagten moet, om van zyn hoogste en hoge Overheden niet anders als met Eerbied en omzigtigheid te spreeken en te redeneren, zelfs ook van alle buitenlandsche Overheden, Princen, en Koningen, schoon ze ook onze Vyanden waren; want dit is een zaake die ‘yder' betaamt, niet alleen om dat men aan zyn meerder en in 't Bezonder aan zyn Overheden, natuurlyker wyze Eerbied en Hoogagting verschuldigt is, maar ook om dat de H. Schriftuur zulks wel duidelyk gebied: Daarenboven zo heeft een zodanige Quaadspreker te zyner tyd zware straffen te vreezen. Wanneer men de Couranten op zodanige wyze leest en daar over redeneert, als tot hier toe gemeld is, zo kunnen ze niet anders als van nut zyn voor een weetgierigen Lezer; om dat hy daar door gewaar word wat 'er in de Wereld gebeurt en omgaat, dat anders niet tot zyne kennisse komen zoude. Van welke Gebeurtenissen hem veele niet alleen tot nuttige bespiegelingen of tot vermaak verstrekken, maar die ook dikwils aanleiding geven tot verbetering of andere schikking van zyn Bedryf en Hantering: Inzonderheid zyn de Berigten uit de Zee, Zee- en andere Steden dikwils van veel belang voor de Grote Kooplieden, Negotianten, Assuradeurs &c., zo wel in Vredens- als voornamelyk Oorlogs-tyden, om den staat van hunnen Koophandel en andere dingen te weten, en dezelve daar na te reguleeren. |
|