Verzen(1894)–Willem Kloos– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 229] [p. 229] CXLIV. O gij, die aller-laflijkst complotteert, Met woorden niet, met daden niet, bedoeling Slecht hebben kunnend in uw vage voeling Van wat het menschen-wereldje regeert, Regeert? Ja, hèn wel, maar niet mij, die keert Die vuilnis-vaten om, pardon, die woeling Vermijden willend voor mij-zelf, tot spoeling Ze zend ter vat-goot aan de Rijnsche veert. O politiek-zijn is ècht politiek-zijn, Dat 's politiek voor 't Goede zijn, en eerlijk Opstaan tege' alles wat is bruut, oneerlijk, En nooit kan worde' een heerlijk magnifiek-zijn. O, die uw diepste zelf compromitteert Compleetlijk, word een kind, dat 't Hoogere eert! Vorige Volgende