Verzen(1894)–Willem Kloos– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 183] [p. 183] C. God vraagt niet naar knie-buigingen van hulde, Maar neemt ze van 't devote schepsel aan; God is zich-zelf, zich-zelf alleen en aan Hem hangen we als kindre' aan een dicht-omhulde, Begeerlijke geheimenis, die staan Blijft, wat mensch-kinds geschreeuw de lucht vervulde, Want wat de menschjes doen.... God, God zelf duldde Hun klein en ziet met goedige oogen aan Der wereld trotschlijk-idioot bewegen Tegen Gods wil, dien ze in zich zelf wel voelen, Omdat elk mensch voelt dat wat goed en kwaad is. Laat dus elk mensch zijn met zich-zelf verlegen, Opdat niet één mensch, buiten zijn bedoelen, Niet in verdoemnis vall' waarvoor geen raad is. Vorige Volgende