En nu vertelde hij, hoe Hetty het geheim van de verborgen trap had ontdekt, en verder alles, wat er gebeurd was.
‘O, 't was aandoenlijk te zien, hoe ontroerd het kind was, toen hij daar plotseling voor het portret van zijn Mama stond. Hij snikte en schreide en omhelsde het portret en kuste het...’ zoo sprak Grootpapa, die opnieuw Paolo tegen zich aan drukte.
‘En het kind vertelde mij, dat zijn Papa gestorven was, en hoe hij met zijn Mama op reis ging naar Amsterdam, om mij te zoeken. Ach, had zij eens geweten, hoe ik toen rondzwierf door Italië, zonder haar te kunnen vinden. En niet waar, lieve jongen, de reis was te vermoeiend voor je lieve Mama, en zij werd ziek en... stierf.’
't Werd doodstil in de kamer. Mevrouw Burling schreide, en iedereen had tranen in de oogen.
‘Maar komaan, wij moeten sterk zijn, en verheugd, omdat wij haar kind hebben gevonden, haar Paolo, dien zij zoo liefhad. En wij zijn blij, dat hij gekomen is om hier altijd te blijven.’
‘Zoo zal het zijn, Papa,’ zei Mevrouw Burling ontroerd. Zij stond op en nam Paolo in haar armen en kuste hem, en mijnheer Burling trok hem naar zich toe, en streelde zijn blonde krullen, en hij moest tante Alice Mama noemen en oom Max Papa, en Hetty en Loes zouden zijn zusjes zijn.
Paolo was voortaan geen kleine zwerver meer, die niet wist, waar hij 's avonds het moede hoofd zou neerleggen. Moeder Recha had gelijk gehad in haar voorspelling op den avond, toen hij op den boomstam zat bij het Spookhuis en zich verlustigde in de muziek en de dansende meisjes bij den rooden gloed van het houtvuur, - toen zij zeide: ‘De korte is de lijn van droefheid en smart, de lange die van het geluk. De eerste is bijna ten einde en nadert reeds de laatste.’
Voor Paolo was het geluk thans gekomen.