Verzameld werk. Deel 3(1976)–Pierre Kemp– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 1306] [p. 1306] Herinnering Op verre hoogte brandt een bevend licht - als een eenzame ster - in avondgrijs en 't is, alsof om 't licht iets - als een wijs - beeft - lijk de kleine vlam - door een gezicht - lief en bemind, gedroomd - gezongen, van lang... lang vervlogen dagen van een schoon geluk, dat men eens had... waarvan de toon herinnert, dat men 't niet meer hebben kan; dat niet weeromme komen zal, waarom de ziele smeekt en d'armen zich naar strekken en grijpen in de lucht, als om 't te wekken en't ziende komen weer te juichen ‘Kom!’, Doch... dáar... is... niets... de verre hoogte blijft eenzaam... verlaten en het weiflend licht beeft angstig... angstiger... 't is of het zwicht voor eene donkre macht, die het omdrijft en 't is nu of een kreet om hulp de lucht snijdt - uit het diepst der ziel -... d'errinnering wil sterven in een kreet... wijl 't licht verging, als d'eenige gedachtnis aan 't genucht dat ging voorbij... voor eeuwig... schoon gedroomd... Vorige Volgende