Verzameld werk. Deel 2

[p. 945]

Walpurgisnacht

Aan de Harzophielen Karel en Margrit Reijnders

De Teenagers van de Brocken,
die vliegen zonder rokken
op gefrictionneerde bezemstokken.
Dat is van achteren wel fris,
zelfs in deze lauwe duisternis.
Laten zij zich iets ontlokken?
Op sokken?
Een teenager stinkt nooit als de Duivel,
al is die ook Ridder in de Orde
van de Infernale Zuivel.
Teenagers kunnen nooit Ridder met de Zwaarden worden.
En weten zij met de zwaarden raad,
dan is het te laat.

Zij kunnen wel soms plots verdwijnen.
Ik vraag mij af: waar zijn zij gebleven?
Het ruikt hier naar genoegelijke wentelteven
die zonder eeuwige gelofte van kuisheid schijnen.
Waarom zou de Duivel deze kinderen ook pijnen?
Het leven is te goed, vooral in jonge lijnen.
De duivel heeft ook zijn goede uren,
volgens de S.J. ers is hij geen kermisaap
soms eer een stoere, sulferiserende knaap
en als de teenagers naar hem avonturen,
trakteert hij in een beste bui misschien
op de effekten van talidormine.
Maar dat gaan wij stráks eerst zien!

Pierre de la Vaslin des Linges lyriques

Mosanje, Augustus 1962.