Verzameld werk. Deel 2
(1976)–Pierre Kemp– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 871]
| |
Package-preludeHoor weer dat ritselen van papier
in roze tot oranje vergeeld,
met spatten ongekookt groen!
Alleen een dichter kan voor zijn plezier
dus vaker een sterrebeeld
in zakjes doen.
| |
DonkerzuchtigZonder beloften, zonder verre
muziek en wat ik dagelijks hoor,
tussen een zalm en een paar nylons
boven een graf liggen en dan door
een haarnetje turen naar de sterren.
Als de zalm het kan verdragen,
mag het zomer zijn
en de nylons maar niet vragen
naar zonneschijn!
Het is om donkerte te wezen,
dat ik hier gekomen ben
en door de mazen weer te lezen
het gedicht, dat ik ontken.
| |
[pagina 872]
| |
Intermezzo om dichter bij de grond te blijvenEinstein sprak tot Tweesteen: Wij zijn de straat
en aller voeten toeverlaat.
Maar Threestone zei: Ik voel het licht van de maan
al over mijn hoekige schouders slaan.
Wij kunnen, eer wij slapen gaan, misschien
nog wat benen van engelen zien!
| |
Rhyme-timeHet is weer middag tussen vier en vijf,
het liefste uur van mijn tijdmisdrijf:
te rijmen en te dichten.
De stad staat nog in de lichten.
Op de nok aan de westerkant
van de daken en op de gezichten
der hanen van Torenland
pauzeert nog even een rest.
De sfeer donkert al geel-blauw teer en
de laatste vogels van vlees en veren
jagen nog naar hun verzamelnest.
| |
[pagina 873]
| |
De ‘aloude’ finaleDe zon haast vrouw van geel mannetje
met een witte bril.
Het licht vloeit uit haar kannetje
en slijt zich stil.
Zij drijft haar verkoop in stilte
en speelt met haar enig merk
door de lentevoorspellende mildte
geruisloos haar werk.
Ook met dít licht kan ik schrijven
en gaarne vul ik mijn pen,
want ik moet toch trachten te blijven
de ‘aloude’ dichter, die ik ben.
|
|