Verzameld werk. Deel 2(1976)–Pierre Kemp– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 790] [p. 790] Dialoog Ik sta daar met de lucht te spreken en weet niet wat er achter staat. Ik zie het licht alleen maar breken, eer het de horizon verlaat. Ik ben zo bleek, als bleek de tinten, waar 'k mijn verhaal aan toevertrouw. Ik voel mijn lippen, als twee linten groen-geel, rose-paars, die 'k samenvouw. Dat groen is een gebed voor bomen, die morgenavond niet meer staan. Dat geel een wens om terug te komen, wanneer 'k voor goed ben weggegaan. Dat rose zijn al de meisjeskleren, waarin 'k de jonge vrouwen mag. Dat paars de schemering van heren, die 'k meemaak op de jongste dag. Mijn mond verdiept naar 't onbekende en nog heb ik geen ziel gezien. En toch de lucht is geen legende, waarachter slaapt een groot ‘misschien’. Vorige Volgende