Verzameld werk. Deel 1(1976)–Pierre Kemp– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 315] [p. 315] Prinsessen tekenen Als ik teken, trek ik eerst de lijnen van een prinses en voel ik aan mijn haar. Neen, 't kroontje met smaragden en robijnen en diamanten is nog niet daar. Elk ogenblik kan een fiere bode komen. Ik teken nog even deze kanten kraag, wel niet zo mooi als ik er een kan dromen. Was de man van de post er al vandaag? De plaats, waar 't kroontje eindelijk moet wezen, is er al wel. Ik voel het aan mijn kruin. Zo moet het staan, zo heb ik het gelezen, even naar voren en geen ziertje schuin. Heeft een prinses eigenlijk wel benen? Of maar twee muiltjes onder haar staatsiekleed? Als 't glazen zijn, zie je haar tenen. Goed, deze prinses is alweer gereed. Zo gaat het vlugger. Purpren mantel, gouden zomen, roos op keurs en een prinses is al weer klaar. De postbode is intussen wel gekomen, maar op het kroontje wacht nog steeds mijn haar. Vorige Volgende