Verzameld werk. Deel 1

[p. 295]

Emeritaat

Ik woon al lang in een huis van de lucht,
iets hoger dan de vogels in de bomen.
Het rumoer van de stad ben ik ontvlucht,
om liefst er niet meer te komen.
Maar een bakker woont hier niet op de hoek,
zo moet ik terug om brood te halen.
Ook verlang ik wel eens naar een echt aards boek,
niet gedrukt in zonnestralen.
Bij Ruusbroec ben ik niet lang gebleven,
het was er te stil om te leven.
Ik miste er te zeer de ovalen,
die mij zo diep doen ademhalen.

Hoor eens, hoe kalm hier alles is!
Ik krijg maar zelden bezoek
en als ik de kleinere vogels mis
vliegt er een sperwer of doolt er een roek.
Jeroen Bosch komt hier wel eens voorbij
en even rusten,
om te praten over de na-aperij
van onze Tuinen der Lusten.