Stabielen en passanten(1934)–Pierre Kemp– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 25] [p. 25] Kaartenvrouwen Met dien sleutel in de hand worden alle deuren groote bloemen en werd mij gevraagd, waar komt gij vandaan, dan zou ik komen van het land, waar ik een vierde van de vrouw kon roemen. Wat heeft die vrouwe dan om haar hals? Een snoer met een beier, maar die was valsch. Wat heeft zij dan in haar ooren? Dat laat zij niemand hooren. Vorige Volgende