193. Memorie over den toestand van den handel der stad Venloo in 1841. Venloo, Bontamps, 1841. (40 blz.)
Deze memorie, samengesteld door de Kamer van Koophandel en Fabrijken, werd ‘allereerbiedigst aangeboden aan Z.M. den Koning, Willem II, bij gelegenheid van hoogstdeszelfs komst binnen deze stad, op den 12 Junij 1841’. Het stuk begint met de positie van Venlo, als natuurlijke stapelplaats aan de Maas, te schetsen, hoe de handel vroeger daar bloeide tot de opening van de Zuid-Willemsvaart in het jaar 1828 veel nadeel daaraan toebracht, daar deze waterweg beter bevaarbaar was dan de toen nog ongekanaliseerde Maas, die gemiddeld maar 50 duim