176. Willy Verster. Zuid-Limburgsche legenden en verhalen. Breda, van Oirschot (1925). 167 blz.
De schrijver van dit boekje was geen geboren Limburger maar iemand die lang in het land der zeventig grotten en groeven geleefd had en met de streek dweepte, in het bijzonder met de ‘onderwereld’ ervan. Verster is een echte ‘berg-jatser’ geweest, een type van mensch als men alleen maar in Zuid-Limburg kan aantreffen, dat is iemand die van jongsaf in de onderaardsche gangen doolde en alle geheimen ervan kende. Dit geeft aan dit boekje een bijzonder karakter. Het verhaal ‘De wreker’ speelt zich in de omgeving af in den Franschen tijd, terwijl de verhandelingen ‘In de onderaardsche grottenwereld van Zuid-Limburg’ en ‘De Romeinsche Katacomben te Valkenburg’ heelemaal aan onze labyrinthen zijn gewijd. Vooral de beschrijving der grotten vermag ons te boeien. Het overige gedeelte van het werkje opent geen nieuwe perspectieven. Verster vertelt eenige bekende legenden en sagen na,