Het monster van de oorlog
(2004)–Rob Kammelar, J.M.J. Sicking, Menno Wielinga– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 56]
| |
Voor Eddy's moederGa naar eind*O moederoogen zonder tranen meer!
Gelaat gelijk een marmren masker wit!
Gesloten mond, die nooit meer Gode bidt
En nooit meer prevelt woorden warm en têer!
‘Vrouw,’ maant een man, ‘nu trooste en heuge u dit:
Hij viel voor 't land en op het veld van eer,
Gelijk een held!’ Doch nooit ziet zij hem weer.
Niet eens een graf, waarin zij hem bezit.
Zij weet alleen: haar lieve zoon is dood,
Haar bloem, haar zon, het wonder van haar schoot,
Haar kind, dat aan haar borst lag, blank en zoet,
Haar knaap, die speelde en zong en joelde en floot.
En plots kleurt tragisch 't marmer-aanschijn rood
De weerschijn van zijn wreed vergoten bloed.
Hélène Swarth (1859-1941)
Hélène Swarth werd geboren in Amsterdam, maar kreeg haar opvoeding in België en woonde ook daarna nog enige tijd in dat land. Haar werk kan in verband worden gebracht met de Beweging van Tachtig. Het gedicht ‘Voor Eddy's moeder’ verscheen eerst in het tijdschrift De Gids (1915, deel I), als onderdeel van de cyclus ‘Van oorlog en vrede’. Deze verzenreeks is verder uitgebreid in de bundel Nieuwe verzen (1920), die zowel blijk geeft van een grote betrokkenheid bij de oorlog als van een diep verlangen naar vrede. |
|