| |
| |
| |
V
vanilleseks, tedere seksuele handelingen, alles behalve het ruige werk, sm (zie aldaar). In het Amerikaanse homojargon is een ‘vanilla bar’ een homobar waar het sm-publiek zich niet vertoont. (Rodgers, 1979). |
veilig vrijen, safe-seks, seksuele technieken gebruiken waarmee het Aidsvirus niet kan worden overgedragen. Het is geen teken van wantrouwen ten opzichte van je sexpartner als je veilig wilt vrijen. (Geslachtsziekten bij homosexuele mannen, z.j.). |
vent, in voor de venten, Vlaams voor homo. Kijk, mijnheer is voor de venten, en de jongens die hier komen, daar vrijt hij mee. (De Wit, 1982:31). Zie manneke. |
verbouwen, in ik ben verbouwd, ik ben geneukt door man met een (te) groot geslachtsdeel. |
verkeerd, homoseksueel. De bordeelhouders schijnen veeleer koppelaars geweest te zijn, die contact legden tussen rijke sodomieters en jonge mannen uit de lagere klassen, die in de verkeerde liefhebberij wel brood zagen. (Marcus, 1984:27). Ook van de verkeerde kant en van de verkeerde richting. Hij (begreep) de uitdrukking van de verkeerde richting wel, maar hij (had) nimmer zelf met anderen vuile dingen gedaan. (Hekma, 1987:249). |
verkleednicht, travestiet (zie aldaar). |
verknipt, in verknipte nicht, hetero die eigenlijk homo is maar dat niet van zichzelf wil weten. Wat ben jij een verknipte nicht zeg. Kom er toch eens voor uit. Van ‘verknippen’, door verkeerd knippen een
|
| |
| |
stof verminken. Zie nicht. |
verstokte vrijgezel, soms synomiem voor homo. Want algemeen staat Hans van Willigenburg bekend als een verstokte vrijgezel. Als iemand die niet zo om vrouwen gaf. (Privé, 3.1.1982). |
viruscentrale, in een wandelende viruscentrale, Aidspatiënt. Ik voelde me een wandelende viruscentrale en dat zou ik blijven voor de rest van me leven. (Haagse Post, 22.3.1986). |
vleesgroothandel, homobar waar de bezoekers elkaar vooral op het uiterlijk beoordelen. Maar ook deze leerbar, de Argos, bestaat eigenlijk niet meer. De bloeiende vleesgroothandel in de Warmoesstraat is juridisch gezien wel de rechtmatige opvolger maar heeft niets meer van de oude Argos. (Marcus, 1984:57). |
vluggertje, snelle seks. En dan bedoel ik dus niet stiekem met een klant een vluggertje op de wc. (Hoerenjongen in Bullinga, 1982:83). |
voering, in z'n voering hangt los, hij heeft aambeien. |
voetneuken, seksuele techniek waarbij de voet in de anus van de partner wordt gestoken. Je begint bijvoorbeeld met neuken, dan vuistneuken, voetneuken, ... en altijd maar meer, steeds andere, nieuwere dingen. (De Wit, 1982:61). |
voetstuk, homo. Hierin is voet het nette woord voor poot, aldus Endt (1974). |
volksnicht, populaire, bekende homo. Ik las zelfs dat zekere volksnicht, van het door de Vereniging van Huisvrouwen en Sonja Barend goedgekeurde type, van plan is een musical over Aids te maken. (Komrij in NRC Handelsblad, 19.2.1986). |
volle vent, Vlaams voor stoere, mannelijke homo, macho. Een echte truttenbar. Sommigen vinden het kitsch, maar ik noem het goeie smaak. Als je daarentegen de cafés voor volle venten - dat zijn de niet-trutten - ziet, dat zijn echte vuile koten. Zie je ons al
|
| |
| |
rondhangen in ons prober broek in Den Eikel, of Christopher Street? Nee hoor, hoe die er bij liggen, een echte puinhoop. (De Wit, 1982:52). |
vork, in ik heb een vork ingeslikt, ik heb me beveiligd tegen homo's, tegen anaal verkeer. Ik heb een vork ingeslikt. Waarom? Dan heb ik tralies in m'n reet. |
vriendje, de partner (voor dat ene moment of voor het hele leven). |
vriendenpaar, twee homo's die langer dan drie maanden bij elkaar wonen. Hoeveel oude pandjes zijn hier in de loop der jaren niet door vriendenparen gerestaureerd en weer in de oude stijl teruggebracht. (Tulner, 1981). Ik weet van een vriendenpaar in een kleine plaats dat altijd angstvallig de gordijnen dichthoudt, uit angst dat er een surveillancewagen met collega's voorbijkomt. (Elseviers Magazine, 22.11.1986). Er zijn trouwens niet veel vriendenparen in de scene. Meestal loslopende mannen die een heleboel contacten willen hebben. (Haagse Post, 3.1.1981). Ook vriendenstel. |
vrouwtje, in hij is 't vrouwtje, bij homostel wordt er - door hetero's - de meer vrouwelijke partner bedoeld. Ook wie is 't vrouwtje, wie ligt onder, wie is de passieve partner? |
vuile werk, achttiende-eeuwse term voor sodomie. Sommigen voelen zich door de duivel bezeten, anderen gaan ervan uit dat ze een keer tot ‘het vuile werk’ verleid zijn en er sindsdien aan vastzitten. (Marcus, 1984). |
Ook gespeld als vuyle werck. Veel personen vluchtten. Omdat ze zich aan ‘het vuyle werck’ hadden schuldig gemaakt, of omdat ze bang waren daarvan beschuldigd te worden. (Koenders, 1984:18). Ook vuiligheden |
vuistneuken, seksuele techniek waarbij de hand (en soms ook een deel van de onderarm) in de anus van de partner wordt gestoken. Zie fistfucking, ff-kamer en fisten. |
vurige hoepel, oraal seksueel verkeer. |
|
|