Het werk van de Heer de Jong, dat hierbij geboden wordt, is zulk een zeldzame vogel in de bibliografische volière. In wezen is het een stukje nationale bibliografie, maar wie het ter hand neemt, zal tot zijn verwondering bemerken, dat in deze simpele, op 't eerste gezicht misschien afschrikwekkende vorm een uiterst boeiend beeld geboden wordt van het Nederlandse geestesleven tijdens de bezetting. Een stukje nationale bibliografie: immers, hier vindt men met de grootste zorg bijeengegaard de volledige gegevens omtrent alle werken van letterkundige aard, die niet in de ‘officiële’ bibliografie van die dagen vermeld staan: de boeken in het verborgene gedrukt. De opsporing en de beschrijving van deze categorie van boeken, uit welke periode of welk land ook, zij het uit de hervormingstijd of de Franse revolutie, geldt van oudsher als de hogeschool van de bibliografische voltigeerkunst. In tegenstelling tot de speurders naar clandestiene drukken uit vervlogen perioden heeft de samensteller van deze bibliografie het voorrecht gehad, dat hij de beschreven periode zelf als ‘boekenman’ en bibliograaf actief heeft meegemaakt. De nasporingen, toen begonnen, heeft hij na de bevrijding terstond voortgezet. Over de hoeveelheid speurzin en geduld, die nodig geweest is om dit resultaat te bereiken, moet men niet gering denken. Niemand anders dan de Heer de Jong was tot deze arbeid in staat en voor deze uiterst welkome aanvulling op onze nationale bibliografie (men zou dit boek kunnen noemen ‘wat niet in Brinkman staat’) moeten wij hem uiterst dankbaar zijn.
Doch zoals gezegd, ondanks de strenge beperking tot zuiver bibliografische gegevens geeft dit boek nog veel meer. Het weerspiegelt getrouw en in al zijn facetten het nationale letterkundige leven tijdens de bezetting, toen de vrije Nederlandse schrijvers zich, ondanks het optreden van de bezetter en zijn handlangers, uiten wilden, toen de vrije Nederlander zelf zijn lectuur wilde kiezen en vindingrijke geesten ervoor zorgden, dat die lectuur gedrukt werd. Er is in onze letterkundige geschiedenis wellicht geen periode aan te wijzen, waarin de litteratuur zulk een even brede als diepe werking gehad heeft. Men kan zelfs zeggen, dat de letterkunde een der krachten geweest is, die het volk weerbaar gemaakt en tot verzet gebracht hebben. Niet in directe zin: slechts een klein gedeelte van de hier beschreven boeken zijn van opstandige aard en staan in rechtstreeks verband met het verzet; ook niet in nationale zin: juist in die dagen