Roseliins oochies, ontleedt(1639)–Daniel Joncktys– Auteursrechtvrij Vorige Volgende XXXIV. KEer van my uvv lodder OOGEN, Dat geslepen spiegel-glas: Koom ick't langer te beoogen, Soo vverd ick Tiresias. Keer na my uvv lodder Lichten, Levendige ROSELIIN: Soose my niet langer lichten, 'K kan niet langer levend zijn. Laes, vvat Lot is my beschóren! Minne-moer, hoe dus gemoedt? VVat ontsteeckt uvv heetten toren, Dat ick soo veel lijden moet? Lieve, laet my 't licht bëerven Van haer OOCHIES, sonder pijn: [pagina 116] [p. 116] Of, voor een gestadig sterven, Gun my, dat ick dood mag zijn. Vorige Volgende