Een nieu devoot geestelijck lietboeck(1605)–Nicolaes Janssens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 88] [p. 88] Een nieu gheestelijck Liedeken op de wijse Verblijt v nu ghy Abrams zaet, oft Puer natus in Bethleem. ALleluya den blijden thoon, Wort nu ghesonghen soet en schoon, Waer dat ick ben oft waer ick gae, Mijn siele singt Alleluya. Met grooter vreuchden inden gheest, In dese feest van Paesschen meest, Dan hoortmen singhen vroech en spa, Dat blijde liet alleluya. Dit is den grooten blijden dach, Die Dauid inden geest voorsach, Singt nv met vreucht soo ick v ra, Dat blijde liet Alleluya Hemel en aerde zijn verheucht, Die Heylige Kercke maeckt oock vreucht, Men hoort haer singhen voor en na, Dat blijde liet Alleluya. Want onsen Heer en Coninck reyn, Als nu verresen is certeyn, Sijn bitter doot comt ons te sta, Dus singhen wy Alleluya. Die doot heeft hy verwonnen siet, Des duyuels macht ghebracht tot niet, Die saten in der dooden scha, Die singhen nu Alleluya. Hier bouen in des Hemels troon. Daer singt men ongemeten schoon, Met soete stemmen Musica, Dat blijde liet Alleluya. Wy die hier opter aerden zijn, Leden van Christus lichaem fijn, Met vreuchden singhen wy haer na, Dat blyde liet Alleluya. Lof sy dat suyuer Lam Godts soet, Dat ons verlost heeft door zijn bloet, En opgherecht heeft onse scha, Dus singhen wy Alleluya. [pagina 89] [p. 89] Gloria singht den Heere fris, Die van der doodt verresen is, Hem dancken wy van zijn ghena, Met desen sanck Alleluya. Vorige Volgende