gewoonten; dewelke, neffens andre goede boekken, zoo wy meenen, wanneerze met opmerkinge gezongen oft gelezen worden, haar ingank zullen vinden by de genen die ter deugt gezint zijn, en beide stijl en stof konnen verstaan. Dit is ons oordeel, een ander heb het zijn'. d'Autheur, hebbende in onrijper ouder aen 't licht gebracht, 't geen hy wel wenste dat eeuwigh onder de koornmaat' waar gesmoort, onder den schoonen naam van Christelijk vermaak, 'twelk d'eerste misslagh is in dat boek, heeft oorzaak gezocht om het gene nu alreede in wezen was te vernietigen, alzoo geen oprecht Christen zigh kan vermaken in 't gene, zenuwloos en zonder voedzel, nergens zijnen lezer vergenoeght. Hier toe heb ik mede gearbeit. Want alzoo 't my niet vreemt dagt' dat wel licht iemant, zijn eigen voordeel beoogende, 't voornoemde boek weder mocht bestaan te herdrukken, 't welk nu als een ontijdige geboorte by den Autheur veroordeelt stont; zoo heb' ik, om het