Verbroeytheydt.
EEn versch eyes doyer ende oly van olijf, oft roos-oly, met een weynigh sout ende meel t'samen geslagen, daer af een plaester op lijnwaet gemaect, ende op de verbroeytheydt gheleyt, gheneest.
Oft een doyer van een eye met twee lepelen oly van olijf, in een gheslaghen tot dattet een salfken is, ende op een sijde doecxken ghedaen, ende daer elcke reyse, alst tijdt is, van't selfde opgheleyt, gheneest de verbroeytheydt.