Vermaninghe om Godt te dienen ende met hem te beginnen.
ALderliefste vrienden, Ick recommandeer my in v ghoede gratie, En ick laet u vveten dat ick u al t'samen van goeder herten beminne, vvant vvy al t'samen Susters ende Broeders zijn ende souden hierom gheern sien v gheluck, voorspoet ende salicheyt. Ende op dat ghy tot alle vvelvarentheydt sout commen, So vermaen ick u al t'samen vvt Broederlijcke liefde, dat ghy in alle wercken soeckt Godt te behaghen, ende al u vvercken met Godt te beginnen, want sonder die gratie Gods mach niemant vvelvaren, of geluck, of voorspoet hebben. Als die Propheet David seyt: Te vergheefs vvaecktmen de stadt die Godt niet en bewaert, En te vergeefs staense vroech op die het broot des droefheyt eten als Godt die Heer gheen gratie verleent, hierom vermaen ic ons onse Salichmaker dat vvy eerst sullen soecken het rijcke Gods en zijn gherechticheyt, en 'tander sal ons toegheworpen vvorden. Daerom soo vermaen ick v beminde vrienden dat ghy niemandt soeckt te behagen, noch vreest te mishagen dan Godt alleen in al u doen of laten, vvant sinte Paulus die seyt: die Godt lief hebben, gheluckt alle dinck ten besten: daerom beminde vrienden begint al u vvercken met God den Heer en dient hem, soo salt u vvelgaen tijtelijck ende eeuwelijck. Ende zijt hier mede den Heere bevolen.