No 2650.
J. de Graaff à Christiaan Huygens.
26 décembre 1690.
La lettre se trouve à Leiden, coll. Huygens.
Elle fait suite au No. 2648.
Erenfeste en zeer discrete hr.
Mijn Heer
Wij hebben tot noch toe geen de minste observatien konnen doen, alzoo het altijt betrokkenen lucht geweest is, en door het hard weer niet konnen aan land komen zodat men beswaarlijck het ooghmerk sal connen berijcken, ende de dagelijckxe verachteringh of wel de vorderingh der horologies met de zon in de tijt van 24 uren; want het schip ooghschijnlijck in een dagh a twee claar sal zijn, om dan met de eerste goede wint zee te kiesen zodat wij van de noot sullen moeten een deught maken, en met de eerste sonne schijn de horologien op de uren van Texel soecken te brengen, en altoos blijven de observaties doen, om dan, aan de Cabo de bone sperance komende het dagelycks verschil met de zon te observeren, vervolgens de calculatien uijt te rekenen hiermede afbrekende
uE. ootmoedighe en gehoorzame dienaar Joannes de Graaff.
Actum in't schip Brandenburg Leggende in Texel den 26 decemb.
Ik verhopen dat mijn vorige Lettere bij UE zal zijn ontfangen.
Te Bestellen Aan de E. Heer Christ. Huygens heer van Zelem Tot s GravenhaaghGa naar voetnoot1).