Oeuvres complètes. Tome IX. Correspondance 1685-1690
(1901)–Christiaan Huygens– Auteursrecht onbekend
[pagina 269]
| |
No 2518.
| |
[pagina 270]
| |
men het wil stellen naer de Eclipses, sal in den tijt van een dag en nacht te weten in 24 uuren, niet meer als 22 uuren slaen. T'geen UEd. schrijft van veel tijts te spenderen in de saken van Oost indiën en particulierelijck in de natuur en beweginge van de stroomen, is mij seer lief en wenste wel soo geluckig te sijn van deijlachtich te mogen werden van deselfs aenmerkingen, principalijck van de generale stroomen, dewelke alhoewel seer getroubleert werden door de meenichte van groote eijlande dicht bij den andere liggende, niettemin gereduceert konnen werden tot sekere regels, schoon niet sonder groote moeijten en ervarentheijt. De sekerste weg mijns duncking om tot kennisse te komen van alle de stroomen van de zee, is voornemelijck te observeren de beweginge van den grooten ocean liggende tusschen Peru en de Philippines, wesende niet alleen de grootste maer oock de suyverste van alle zeen, omhelsende niet als weijnig en kleijne eijlande, die de generale vloet niet beletten. Soo dat men uijt de stanthoudende beweginge van dien Ocean, genoegsaem kan besluijten qualis ubique futurus sit marium motus, si nullae occurrerent vel obstarent terrae. De selve bewegingen kan men mede klarelijck bespeuren in de Atlantische zee, alhoewel niet soo rechte streckinge hebbende tusschen oost en west, dewijl de kusten van Africa en Brasil t' selve beletten: niet tegenstaende de effecten en accidente van beijde dese oceanen accorderen in alle haer respective en gelijcformige situatie soo scherp den een met den ander, dat ick tot noch toe niet de minste variatie heb konnen bemerken. Doch de resterende ocean te weten den Indischen van de Philippines tot aen de Caep de Bonne Esperance heeft meerder difficulteijten, niet alleen om so veel hoeken en landen soo verre uijtstekende naer het Zuijde, maer oock om de meenichte van groote en kleijne eijlande, door de welke het Mare Pacificum sijn vloet neemt in de Indische zee. De ontmoetinge van de stroomen uijt de Bengaelse zee in tijt van de conversie van den jaerlinxe vloet, schijnen te maken in de straten van Malacca en van Bantam groote verroeringen, welke nochtans bequamelijck gereddert konnen werden, door de exacte kennis van beijde dese straten. Ik heb over veel jaren in Amsterdam gesien een geschreven tractaet overgesonde van de heer MaetsuijkerGa naar voetnoot2), nopende de winden en stroomen van de straet van Batavia, nu is het mij leet dat ick het selvige niet heb doen copieren. Van de straet van | |
[pagina 271]
| |
Malacca vind men seer goede bescrivinge in de routeiros der PortugesenGa naar voetnoot3). Aen de wateringe en stroomen in en omtrent de havens, laet ick mij niet veel gelegen wesen, als welke niet teenemael dependeren van de generale en stanthoudende stroomen, wesende desselves kennis oneijndig en nootsakelijker voor scippers en piloten als wel voor liefhebbers van wetenschap, die eerst stellen het principael, eer si komen tot exceptie en omstandigheden. Den koning heeft mij meermael aengesproken en vermaent om een globe te doen maken met de behoorlijcke distantie van landen en waters, vant welke ick indachtig ben dat UEd. al over lang mij heeft toegeschreven. Heb genegentheijt tot soodanigen arbeijt, maer wenste wel een ervare globe of kaerte maker te hebben die volgens mine minute en tablature exactelijck in 't werk konde stellen de breete en lengte der plaetsen volgens mijne aenteekeninge, heb tot noch toe niemant hier gevonde die mij behaegt. Daer is te Paris een Venetiaens monick die seer cierelijcke globen maeckt van hout, hebbende drie voeten diameter en dat voor een civile prijs, te wete het paer sestien pistolen. Doch de proportie van landen en zeen accorderen niemendal met de ware lengte. Bij aldien UEd. mij kan addresseren een bequaem globemaker soude een groote weldaet sijn aen mij, en noch grooter aen de navigatie welke seer gebrekelijck is, omdat de landen en wateren niet en staen onder haer behoorlijcke meridianen, soodat het onmogelijck is gissinge te maken van de lengte. Wenste wel te weten ofte te Amsterdam eenige kennis sij gekomen van den oorlog der Moscovite met de Sinese wegen een perel visscherie, als oock mede van de groote rivier Obbis die van de Moscovite wert bevaren. Deselve heeft heel een andere cours als men heden daegs meijnt. Neemt sijn uijtgang niet in de Noorse zee dicht bij Nova Zemla, als de kaerten uijtwisen, maer passerende het groote lac kitaisco, streckt sich meest oostelijck hebbende sijn mont boven de muur vande Sinesen, niet verre van de peerel visscherie. Soude voorwaer een groot avantage wese in de vaert naer Japan, bij aldien de Moscoviten geen beesten en waren. Verheug mij ten hoogste over sijne Ed. goede gesontheijt, wensche dat de selve veel jaeren mag dueren. Met mij is het redelijck wel, soo lang het den hemel belieft. UEd. onderdanige en gehoorsamen dienaer Is. Vossius.
23/xiii Febr. 1688. | |
[pagina 272]
| |
Mijne nicht heeft P. Haeken over een maent omtrent, aengetelt 75 ponden, 't vertrou dat deselve penningen bij UEd. sijn getrocken. Bij aldien UEd. dunckt dat men op hem mach vertrouwen, sal meerder overseijnden. |
|