Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

7094. Aan N. Oudart⁴⁾. (K.A.)

Ik dank u voor het zenden der schoone elegie, geteekend H.C. Ik wilde, dat ik den naam kende, dan zou ik mijn best doen meer gedichten van den schrijver machtig te worden. Ik ben begonnen met een uitvoerig Latijnsch gedicht, De vita propria getiteld, dat alleen bestemd is voor mijne kinderen en nakomelingen en niet gedrukt zal worden. Als uw buurman, de heer van Beuningen, er van wist, zou hij mij zeker een doeniet vinden. A la Haye, ce 25^e Nov. 1678.

4) Kopie van andere hand. Bovenaan staat: en langue latine. De brief is hier in het Fransch vertaald; het postscriptum is in het Engelsch. De brief is grootendeels uitgegeveṅ door Jonckbloet, t.a.p., blz. 88, Noot.

[p. 406]

Wilt gij den heer Lely¹⁾ mijne groeten overbrengen en hem bedanken voor het prachtige portret, dat hij van Z.H. gemaakt heeft.

1) Sir Peter Lely (1618-1680), een Duitscher van afkomst, had zich te Londen gevestigd en er zich beroemd gemaakt als portretschilder.