Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687
(1917)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend6746. Aan RomphGa naar voetnoot5). (K.A.)Ook in 1663, toen ik in Frankrijk was, is er sprake geweest van die pretenties van het huis de la ChambreGa naar voetnoot6). Een predikant van Fontainebleau liet mij allerlei papieren zien, die op die zaak betrekking hadden, maar de heer Chieze en mijn zoon maakten uit, dat die papieren niets waard waren. Toch zou het onaangenaam zijn, als werkelijk de heer Berrier zich met de quaestie bemoeide, misschien uit naam van zijn meester, want ons kasteel is gemakkelijk te overrompelen. Z.H. verlangt dus, dat gij nauwkeurige inlichtingen inwint, ook hiernaar, wat het zou kosten, om er een einde aan te maken. Misschien zal dat echter niet mogelijk zijn. A la Haye, ce 13e Febv. 1670. |
|