Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

6317. Guiran. (H.A.)

Het schijnt mij toe, dat eene herroeping van het besluit aangaande de Munt het best is. En nu vertelt de heer de Lionne mij, dat hij zulk een besluit heeft opgesteld; ik heb het echter nog niet gezien. De pachters maken bezwaren,

[p. 84]

zeker vooral om aanspraak te kunnen maken op schadevergoeding. De Gout is hier en heeft vreemde beesten meegebracht voor zijne beschermers; dat zal mijne pogingen om zijn vaandrig weg te jagen niet bevorderen. Ik zal nauwkeurig op zijne gangen letten. A Fontenebleau, ce 1^er Aoust 1664.