Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687
(1917)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend
[pagina 75]
| |
6298. Prinses Amalia van OranjeGa naar voetnoot1). (H.A.)Gij zijt dus te Londen aangekomen en bezig met de geldzaken. Al is het Parlement ook niet vergaderd, ‘cela servira provisionelement a obtenir d'autant plus facilement l'ordonnance que le Roy nous a promise sous le seau privé, sur laquelle on a tousjours creu que nous pourrions negotier quelque argent.’ Ik ben er zeer nieuwsgierig naar, wat de Koning zal vinden, dat wij moeten doen met betrekking tot Oranje; gij moet dat besluit zooveel mogelijk verhaasten en dan weer naar Frankrijk terugkeeren. ‘Je ne sçay si on pretend attendre ce que le lord Holles aura encore pu faire en suite des nouveaux ordres qu'on vous a dit luy avoir esté envoiéz, et de ce qu'on en a aussi parlé a M.r de ComingesGa naar voetnoot2); mais je n'en attens pas plus d'effect que de tous les offices precedens.’ - De brief van den heer Guiran en dien van den kerkeraad van Oranje over de quaestie Sylvius heb ik naar den Raad gezonden. De portretten van den Prins gaan te gelijk met dezen brief; wilt gij ze overhandigen en er bijvoegen, ‘qu'il a esté malaisé de faire asseoir un jeusne enfant au temps, et aussi souvent qu'il auroit esté necessaire’? Verzeker ook de Koningin ‘que je souhaicterois d'en pouvoir voir autant d'un Prince issu de S.M.té.’ A Honslardijck, ce 27 Juin 1664. Hierbij gaat een uittreksel van een brief van den KeurvorstGa naar voetnoot3), dien ik juist ontving. |
|