Briefwisseling. Deel 5: 1649-1663
(1916)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend5250. Aan Ph.E. Vegelin van ClaerbergenGa naar voetnoot5).*Volgens het bevel van Z.E., mij te Kleef en later te Nijmegen gegeven, zend ik mijn neef BaxGa naar voetnoot6). De jongeman is vol van herinneringen aan zijne bekende voorvaderen. Ik hoop, dat gij het oog op hem zult willen houden. Gij zijt, hoor ik, ongesteld geweest en ook ik voelde mij den laatsten tijd niet goed. Ik dank u voor uw antwoord aangaande den heer Hulst. A la Haye, ce premier de Novembre 1652. De graaf van Dohna wilde mijn neef liever niet laten gaan. Groet uwe vrouwGa naar voetnoot7) en uw schoonvaderGa naar voetnoot8). |
|