Briefwisseling. Deel 4: 1644-1649

4338. Graaf Hendrik van Nassau¹⁾. (H.A.)

Gisteren zijn mijne vrouw²⁾ en ik te Emmerik scheep gegaan; nu zijn wij bij Dordt en morgen komen wij waarschijnlijk te Hulst. Vandaar zal ik dadelijk aan Z.H. schrijven. Kapitein Rijswijck³⁾, majoor van Nijmegen, dien ik gisteren sprak, zou gaarne gedurende den veldtocht met zijne compagnie in garnizoen blijven. Dans le batteau proche de Dort, le 9^e May 1646.

1) No. 4338 a, b. Brieven van 12 Mei en 3 Sept. (beide H.A.) zijn zonder eenig belang.

2) Zie blz. 289.

3) Zie III, blz. 411.