Briefwisseling. Deel 4: 1644-1649

3733. J. van Reede⁴⁾. (H.A.)

Uw brief en den anderen onder het couvert van den heer Boreel heb ik ontvangen. ‘De consideratien syn wel considerable, maer omdat de saeke is van soe een groote consideratie, so dient daer wel wat extraordinarie in gegaen. Syne Hoocheit con⁵⁾ onder de derde hant, hetsij bij B. of door H.S. aen B. doen besteeken, dat Syne Hoocheit werde versocht daer de hand aen te willen houden, so waer Syne Hoocheit niet geengageert, als het niet succedeerde, en most B ofte het Parlement aen T⁶⁾ doen remonstreren het groot voordeel T daeruyt was treckende en noch stont te verwachten, en hoe dat alle de progressen van t Parlement en T⁶⁾ daermede vruchtelooze souden werden gemaeckt en I hem te laesten meester soude maecken van I L⁷⁾

4) De brief is van andere hand; alleen onderteekening, plaats en datum zijn van Van Reede. Een papiertje, dat bij deze brieven is, geeft uitlegging van enkele der hier gebruikte letters van het geheimschrift. Met behulp daarvan en van de kennis van het geheimschrift in andere brieven van Van Reede, is het mij toch lang niet gelukt, alles op te lossen.

5) Er staat: comt

6) T beteekent in deze briefwisseling de predikanten, of onsen Staat, of S. Hooch,^t.

6) T beteekent in deze briefwisseling de predikanten, of onsen Staat, of S. Hooch,^t.

7) = Ierland?

[p. 60]

en Schotland. Wij hebben gheen tijt gehadt om over het naerder advijs te consulteren, omdat de brieven laet quaemen en wij desen naemiddach onse eerste saemencomste sullen hebben noopende de genomen schepen. So den voorigen raet niet can werden gebruijckt, so dunckt mijn, het dienstichste soude sijn, dat wij waeren in Holland, want het met brieven bij T niet is te doen. Den Connick heeft de havenstat Foye¹⁾ ingenomen, waerdoor Essex syn vivres ende ammunitie verwachten, ende blijft hij noch omcingelt. Prince Rupert heeft gesonden 6000 man, meest paerden, in't zuijden van Scottlant, ende is den grave van Antrim²⁾ in t noorden noch eenige duijsenten Yren toegesonden. De Scotten hebben New Castel weder beleghert; de propositien tot vrede sijn bij de Scotten overgesonden ende hier bij de Commons geapprobeert en geaugmenteert; sij sijn seer hart ende, so eenige seggen, onaenneemlijk. London, II Sept. 1644.

1) Zeke is Fowey bedoeld.

2) Zie beneden.