Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3077. Aan A. Rivet. (H.A.)*Uw zoon heeft mij een exemplaar gegeven van uw laatste stuk tegen GrotiusGa naar voetnoot3); ik heb het nog maar even kunnen doorbladeren, maar zie, dat gij zijt ‘au devant de l'antagoniste aveq tant de vigueur, aux endroicts où, peut estre, il se croyoit le plus au dessus de vos coups. Vos disputes ne sont que de miel, mais de la meilleure sorte, qui est doux et poignant’. Ik hoop het stuk spoedig in zijn geheel te lezen. Uw tegenstander zal wel weer antwoorden, maar hij is zeker in een moeilijk parket. ‘J'avoy esperé qu'il ne luy seroit donné moyen de cognoistre le SantraGa naar voetnoot4), mais hier au soir le S.r PollottiGa naar voetnoot5) me vint parler ouvertement de certaine belle lettre - à son dire - que HeilersiegGa naar voetnoot6) luy mandoit avoir esté imprimée aveq vostre dernier livre. C'est de quoy j'avouë estre bien surprins et marry, cognoissant les inconvenients que j'avoy bien sceu en devoir arriver, et aere redemptum velim. Mais je croy que c'est chose faicte’ ..... A Botbergh, le 26e Juill. 1642. |
|