Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644

3052. J. de Knuijt⁴⁾. (H.A.)

Terwijl ik bezig was met het verpachten der tienden van Z.H. op Tholen, ditmaal voor meer geld dan in de laatste tien of twaalf jaren, hebben de heeren van den Raad de Staten van Zeeland opgeroepen, om o.a. te beslissen over het vacante bewindhebberschap, waarvoor de heer Becker⁵⁾ met twee anderen in aanmerking komt. Ik weet, dat Z.H. voor Becker is. Maar nu is een der beide andere genomineerden, Biscop, overleden en in zijne plaats burgemeester Veth⁶⁾ gekomen. Is Z.H. nu toch voor Becker? Deze werd zeer gesteund door den magistraat van Middelburg, maar misschien verandert dat nu. De andere steden hebben allerlei eischen. Hoe moet ik handelen? (Jul. 1642)⁷⁾.

4) No. 3052 a, b Twee brieven (H.A.), z.j., zijn even onbelangrijk.

5) Misschien Steven Becker, die in 1643 en 1646 burgemeester van Middelburg is geweest.

6) Apollonius Veth was in de jaren 1632 tot 1652 zeven malen burgemeester van Middelburg.

7) De brief heeft plaats, datum noch jaartal, maar Huygens teekende er op aan: R. 13 Jul. 42.