Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend1913. E. HerckmansGa naar voetnoot6). (K.A.)By occasie over gebreck aen materie, alsmede door de veelvoudige occupatien, waermede dagelijcx my bevinde geimportuneert, ist dat U E E in lange niet een letter van mijn hand gesien heeft, ende weet alsnoch over sake van staet weynig te schrijven, ter oorsaken dat my daer weynig ofte niet van te voren komt, sodat my referere in saken, desen tegenwoordigen toestand van staet betreffende, aen de heer Jan Cornelisz LichthartGa naar voetnoot7) sijn mondelijcke rapporten, die niet en twijffele, aen sijn Hoogheijt gedaen wordende, U E E sullen bekent worden. Hierneffens sende een kleijn tonueken confituren van de raerste verscheijdene sorten van vruchten so alhier gemaeckt worden; bidde, sijn E E gelieve 't selve dancklijck ter erkentenis van een recht vriendtlievent herte aen te nemen; ick sal my daerdoor te meer verplicht vinden, Edle Heer, U E E in de beschuttinge des Alderhooghsten bevolen hebbende, mij verders te betonen, dat ick ben ..... Fredericia, den 5 Augusti 1638. |
|