Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend1537. Aan Chr. baron van DohnaGa naar voetnoot3). (K.A.)De commies SauzinGa naar voetnoot4) keert terug met de bevelen van Z.H. Voor uwe zaak hebben wij weinig kunnen doen, maar gij moet u zelf tot den Prins richten en hem voorrekenen, dat gij, zonder zijne hulp, u te gronde richt in zijn dienst. Gij moet ook geene menschen hierheen zenden, maar alleen schrijven. Degenen hier aan het hof, aan wie gij u gewoonlijk richt, zijn de goede niet; gij moet met ons gezamenlijk in briefwisseling treden, dan kunnen wij wat voor u doen. La PizeGa naar voetnoot5) is nog steeds hier; hij wil niet terug; het zou | |
[pagina 230]
| |
zijn dood zijn, zegt hij, omdat hij te veel af weet van al de slechte dingen in Oranje, waar voor hem geen recht te krijgen is, nu men ook u tegen hem heeft ingenomen. Zijne geschiedenis van OranjeGa naar voetnoot1) is af en zal gedrukt worden. Wat zal er toch van den man worden? Gij moet in de meeste dingen maar met u zelf te rade gaan. A la Haye, le 22e de Mars 1637. Z.H. keurt het goed, dat Van SantenGa naar voetnoot2) naar hier komt. |
|