1409. Aan prins Frederik Hendrik. (K.A.)*
Van Indische waren vind ik hier niets, dat de moeite waard is, en iedereen zegt, dat men moet wachten tot de komst der nieuwe schepen uit Oost-Indië. Van edelgesteenten en schilderijen is hier veel moois. Amsterdam, le 18e de Juillet 1636.
‘Le peintre d'Anvers m'escrit en sa mauvaise lettre: De Prince Cardinal is seffens naer Vranckrijck vertrocken, met sulcken glorie als de Spaensche gewoon zijn; meijnen, dat sij Paris in hebben; all het volck is uijt Vlaenderen gelicht, op het nauwste, soodat de forten maer beset en blijven. Twijffele niet, oft daer sal wat vreemds omgaen, om Conde de Feria wat wacker te maken; soo de Prince van Orange optreckt, sal seer in confusie staen. Want daer is slechte order, sonder resolutie. 13 Julii.’