Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634
(1911)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend
[pagina 181]
| |
265. Aan J. van der Burgh en J. Brosterhuisen. (K.A.)Gij beiden en Barlaeus hebt de waarheid te kort gedaan in uwe lofdichten, maar ik dank u ten zeerste voor het schrijven er van. De Otia zijn bijna afgedrukt; het voorwerk is door al de verzen van anderen zeer uitgebreid geworden. Hag., 5o Id. (11) May 1625. aan van der burghGa naar voetnoot1). Wat ziet gij toch in Overbeke? De man is rijk, maar hij lijkt mij erg gewoon. |
|