Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634
(1911)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend145. Aan zijne moeder. (K.A.) *Vier of vijf brieven van mij blijven onbeantwoord. Zend mij toch mijn mantel, of stof voor een nieuwen. ‘Les damaz de soye sont assez en usage pardeça; s'il y en avoit quelqu'un rayé de barres au travers, cela seroit bien de mon faict, car mon dernier habit d'esté m'a faiet connoistre qu'il y a du mesnage en ces estoffes qui se peuvent rapetasser couvertement. Voyez, s'il vous plaist, quelles pierres je ne remuë point, pour me mettre chez vous en reputation de bon mesnager. Si plusieurs filles le sçavoyent, je courroye hazard d'en faire mourir d'amour au moins une douzaine’. De heer BeauvaisGa naar voetnoot2) brengt mij den ingesloten brief en laat den heer RivetGa naar voetnoot3) weten, dat hij zijne brieven in uwe pakketten kan doen. De gezanten schrijven niet; zij hebben niets te berichten. ‘L'archevesque de Spalato part en suitte et soubs protection de l'ambassadeur imperial; je fus devant hier luy dire adieu, grand sot de prelat et homme docte qu'il est’. Zet juffr. van Dorp aan tot antwoorden. Londres, ce 27e d'Avril 1622. |
|