heeft een edel karakter, zowel in zijn vriendschap voor Achilles en zijn liefde voor het vaderland, als in zijn zucht naar eer. Zijn woorden behoren tot de beste gedeelten van het stuk.
Ulysses, ‘Koning van Ithaka’, beroemd om zijn welsprekendheid, listigheid en tegenwoordigheid van geest, komt in dit stuk niet bijzonder als zodanig uit. Zijn redevoeringen zijn niet geheel overtuigend.
Ajax, ‘Zoon van Telamon’, de dapperste held der Grieken na Achilles, is evenals Ulysses weinig scherp getekend.
Brizeïs, ‘Krygsgevange en Minnaares van Achilles’, blijft op de achtergrond, maar is in haar hevige liefde en verheven redelijkheid een edele, aanvaardbare, hoewel wat statische figuur; zij wordt slechts door uiterlijke omstandigheden tot handelen gedreven en blijft innerlijk zichzelf steeds gelijk.
Phenix, ‘Geweezen Zedemeester van Achilles’, d.w.z. diens opvoeder, is een sympathieke figuur, hoewel hij in karakter en optreden niet zo heel veel van Ulysses verschilt.
Alcimus, uit ‘het gevolg van Achilles’, optredend als bode, kon als zodanig moeilijk een uitgesproken karakter hebben.
Automedon, ‘Wagenmenner van Achilles’, is een vriendelijke maar weinig gedifferentieerde figuur geworden.
Cephize, ‘Vertrouwde van Brizeïs’, blijft geheel op de achtergrond en dient slechts als klankbord voor Brizeïs.
De compositie van het stuk is overeenkomstig de regel dat het eerste bedrijf de situatie bekend moet maken, waarna de drie volgende bedrijven de ontwikkeling van de handeling geven en het vijfde ten slotte de ontknoping brengt.
In het eerste bedrijf trachten Phenix, Ulysses en Ajax Achilles over te halen om weer te gaan strijden, waarbij de bestaande situatie geheel wordt uiteengezet.
In het tweede bedrijf tracht Patroclus Achilles over te halen en zet hij de droeve toestand verder uiteen. Ook Automedon geeft daarvan een beschrijving. Achilles wil zich zelf gaan overtuigen en daarna Patroclus toestemming geven aan de strijd deel te nemen.
In het derde bedrijf gaat Patroclus ten strijde, gehuld in Achilles' wapenrusting om zodoende de Trojanen in de waan te brengen, dat Achilles zelf weer aan de strijd deelneemt. Achilles geeft hem verschil-