Den handel der amoureusheyt(20ste eeuw)–Johan Baptista Houwaert– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [Folio *4r] [fol. *4r] Kort begrijp van't vierde Bouck van den Handel der Amoureusheyt, van Leander ende Hero, door Johan Baptista Houvvaert. ZO de gestolen Min, die Hero en Leander Zo vyerichlijck in't hert staegh drougen tot malkander, Bleef oock niet ongeloont: vvant boven het verbod Van Ouders die geset haer hadden op een Slot; Zo vond de Min een vont (vvat kan de Min niet vinden?) Die svvaerlijck viel om doen: maer sy haer ondervvinden Het zelfde te bestaen. Doch als hy eens de baeck Gemist' deur ongeluck, doen vvast een droeve zaeck. VVant als Leander vvas van't vvater overvallen, Zo is oock Hero med' van boven neer de vvallen Gesprongen in de Zee, om zo oock met haer Lief Te hebben 'tselfde lot, of nutten een gerief. Die dan ontsteken is met minnelijcke zinnen, Die lese in dit bouck het zinneloose minnen; Op dat hy deur de Min niet rake buyten zin, En rap voor syn moeyt' de hersseloose Min. Niet Snel Al-be-recht. Vorige Volgende