De groote schouburgh der Nederlantsche konstschilders en schilderessen (3 delen)
(1976)–Arnold Houbraken– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 183]
| |
JAN van AKEN, mede een Paardeschilder, maar in 't klein. Dog wat landsman hy was, en of men ook zyn af komst van dien Jan van Aken, wiens levensbedryf van Mander beschreven heeft, rekenen moet, weet ik niet; maar hy was een fraai meester in die Konst. Zes printjes, met paardetjes, op de grootte van de kleinste door P. van Laar geëtst, gaan ook door hem zelf geëtst, in druk uit; maar zyn schaars te bekomen, en die ze heeft, heeft 'er agting voor. |
|